Een kwestie van onwil?

In het Nederlands Dagblad van 7 februari 2008 stond een verslag van een scheidingsbeurs. Daar werden ook programma’s aangeboden om juist een scheiding te voorkomen. Een ervaren relatiecounselor gaf als haar mening dat zolang mensen willen, elke relatie te redden is, maar dat het aan die wil nogal eens ontbreekt. In het hoofdredactionele commentaar werd hieraan gerefereerd. Het genoemde standpunt werd samengevat met ‘Scheiden is een kwestie van onwil’. Een scheiding kan eigenlijk altijd voorkomen worden als de echtgenoten voor elkaar willen vechten. In het commentaar wordt dit een opmerkelijke conclusie genoemd, die gebaseerd is op jarenlange ervaring.
Ik vraag me af of die jarenlange ervaring garant staat voor de betrouwbaarheid van de conclusie, dat alles teruggaat op onwil. Een counselor heeft zich natuurlijk een beroepshouding eigen gemaakt om de keuze altijd bij de beide partners te leggen. Terecht. Zíj moeten willen. Anders houdt het meteen op. Dat kan gemakkelijk tot een blikvernauwing leiden. Als de gehuwden niet willen, houdt alles op en ligt het aan hen. Daarmee heeft de counselor meteen haar eigen straatje schoon geveegd.
Het kan natuurlijk ook zo zijn, dat een van beide echtgenoten het niet meer kan opbrengen om verder te willen. Stel je voor, met excuus voor het stereotype voorbeeld, een dominante man die van weinig gevoel blijk geeft en die telkens de neiging vertoont zijn vrouw neerbuigend te bejegenen. Beiden willen met elkaar verder en gaan in therapie, maar de vrouw gaat daarbij voorwaarden aan de man stellen: dat hij meer respect toont voor haar en haar mening.
Menselijk gesproken is de kans groot dat deze relatie breekt. Het is immers geen gezonde basis voor een huwelijk, als de wederzijdse aanvaarding gebonden wordt aan voorwaarden waaraan de ander eerst moet voldoen. De basis waaraan gewerkt moet worden is, dat beiden elkaar aanvaarden zoals elk is, ook met de negatieve kanten. Pas dan ontstaat de ruimte dat ieder aan zichzelf gaat werken om zijn/ haar inbreng in de relatie te verbeteren.
Als nu de vrouw haar man voorwaardelijk aanvaardt, stelt ze dan een onredelijke voorwaarde? Nee, zij mag respect eisen. Is het een kwestie van onwil, als zij ermee kapt in het geval hij zijn houding naar haar niet verandert? Nee, zij wil verder op een goede basis. En als hij deze verandering niet kan opbrengen, is dat van zijn kant dan onwil om verder te gaan? Nee, hij wil wel verder, maar vraagt van haar dat ze ermee begint hem te accepteren zoals hij is. Hij doet misschien wel zijn best, maar is niet bij machte zijn natuur te veranderen.
Ik denk dat dit voorbeeld duidelijk maakt dat het veel te kort door de bocht is om in het algemeen te stellen dat echtscheiding een kwestie van onwil is. Er is ook onmacht in het spel. Ik weet het wel, onmacht is vaak een voorwendsel om onwil te maskeren. Toch kunnen we het daarmee niet afdoen. Dat zou een dooddoener zijn.
De stelling dat scheiden altijd een kwestie van onwil is, zou ons bovendien pastoraal in de gemeente in grote problemen brengen. Het zou betekenen dat een van beiden of elk van beiden zich schuldig maakt aan onwil om het huwelijk voort te zetten, en dat als gevolg van deze zondige onwil een of elk van beiden onder de tucht zou moeten worden gezet. In ons voorbeeld is dat de zwakke partij, want hij wil wel, maar zij gaat bij hem weg. En zo zal het vaker gaan.
Ik denk dat we dan ver verwijderd zijn van het pastoraat dat Jezus bedreef. Hij zag om naar wat zwak, gewond en verloren was, om het te aanvaarden, te genezen en te vernieuwen door zijn liefde.

Dit bericht is geplaatst in Logboek. Bookmark de permalink.