Is Ayaan veranderd?

In haar nieuwe boek Nomade roept Ayaan Hirsi Ali de westerse christenheid op actief de concurrentie aan te gaan met de islam via christelijke scholen en vrijwilligerswerk in de wijken. In sociale betrokkenheid en verspreiding van de christelijke boodschap moet aan moslims en alternatief worden geboden voor hun strenge god Allah en voor de rigide vrijheidsbeperkingen die daaruit voortvloeien. Christenen hebben zich veel met asielzoekers beziggehouden, zij zouden zich meer moeten inlaten met gastarbeiders en hun sociale omgeving.

Is Ayaan veranderd? In deze zin wel, dat zij niet langer alle godsdiensten over één kam scheert en het christendom meer crediet geeft dan de islam. Niet als het over haar persoonlijke overtuiging gaat. Ik ben geneigd Cees Rentier gelijk te geven, dat zij het christendom slechts ziet als en doorgangsstadium voor moslims naar het verlichte liberale denken. In haar analyse is het westerse christendom voor een groot deel daaraan reeds aangepast. Daarin zit ze er niet ver naast.

Geen reden dus om deze vrouwelijke nomade ineens in de armen te sluiten. Toch dwingt haar pleidooi bij mij respect af. Kennelijk is zij in staat geweest haar negatieve vooroordel tegen reorganiseerde religie te nuanceren en positieve dingen te zeggen over christelijk geloof. Daarme straalt zij een zekere voornaamheid uit. Zij stijgt uit boven sentimenten. Haar verschijning en foto’s bevestigen dat trouwens.

Het bovenstaande geef ik graag prijs voor beter. Eén uitspraak heeft mij evenwel diep getroffen, en ongeacht de betekenis van haar toewending tot het christendom heeft die voor mij een indringende betekenis. Van veel moslims zegt zij: ‘Volgens mij zijn veel moslims op zoek naar een god, of een idee van god, die beantwoordt aan de beschrijving van de christelijke God, maar in plaats daarvan vinden ze Allah’.

Is het waar dat veel moslims op zoek zijn naar een God zoals die gekend wordt in het christelijk geloof? Op grond van de gesprekken met moslims die christen zijn geworden, ben ik geneigd daar ja tegen te zeggen. Zij geven in hun geloofsverantwoording aan, dat juist de vergevende God die dichtbij komt hun gegeven heeft wat zij in hun vroegere leven altijd hebben gemist.
Deze mensen zijn natuurlijk niet helemaal een graadmeter voor alle moslims. Toch is hun getuigenis wel een indicatie.

Wat betekent dit voor ons? Dat we de raad van Ayaan ter harte moeten nemen en niet moeten schromen voor onze geloofsovertuiging uit te komen, niet om moslims te veroordelen of te beledigen, maar om hen in aanraking te brengen met de werkelijkheid waarin wij leven. En áls ze zich daaraan storen, moeten we hun negatieve reactie maar voor lief nemen.

Wat mij het meest in haar aanbeveling treft is, dat ze aan het christendom nog zoveel potentie toekent. Ik merk bij mezelf dat ik meer geneigd ben om in het naar buiten treden als christenheid oog te hebben voor onze bescheiden omvang en de geringe overtuigingskracht.
Dat moet maar eens snel veranderen. Als Hirsi Ali ons daarbij de spiegel moet voorhouden, dan zij dat zo.

Dit bericht is geplaatst in Logboek. Bookmark de permalink.