In het laatste boek van John Grisham dat ik in handen heb, wordt hij aangeprezen als ‘al meer dan 20 jaar de succesvolste thrillerschrijver ter wereld’. Hij is de schepper van een nieuw genre, of subgenre: de juridische thriller, waarin het plot wordt gevormd door juridisch getouwtrek, al dan niet in overeenstemming met de wet. Dat hij tot mijn favorieten behoort heeft met diverse zaken te maken: de onderhoudende manier waarop hij schrijft en personen tot leven brengt, de spanning die hij weet op te bouwen, en vooral: het feit dat hij sociale misstanden in Amerika op een verbluffende manier aan de kaak stelt.
Om die laatste reden noem ik hem een profeet. Om dat uit te leggen, ga ik eerst nog wat dieper in op zijn thema’s. Hij stelt de keiharde zakelijke advocatuur aan de kaak, die niet anders doet dan in het belang van de cliënt en de eigen bankrekening rookgordijnen leggen en de mazen van de wet opzoeken. Een bijzondere tak is de letselschade-advocatuur, waarin vele advocaten hun geluk beproeven, omdat ze binnenlopen als ze met succes een onderneming aanklagen. Verder confronteert hij de lezer met de malversaties en manipulaties in de juryrechtspraak. Hij onthult de gewetenloze wandaden in de tabaksindustrie en malafide verzekeringsmaatschappijen. Hij meet de de rassentegenstellingen uit en beschrijft de sentimenten die tot vooroordelen en de roep om de doodstraf leiden.
Wat maakt hem hierin tot profeet? Hij heeft laten zien dat de Amerikaanse maatschappij tot in de botten verziekt is. Financieel gewin, zakelijke belangen, eigen carrière, herverkiezing zwaarder laten weten dan het recht, meedogenloze standpunten, ingenomen met een beroep op God en de Bijbel, we komen het allemaal in zijn boeken tegen. En we zien het nu op een onbeschaamde manier terug in de politiek! Dat is het profetische in zijn spreken en schrijven.
Partijbelangen en eigen kansen hebben voorrang op het recht. Republikeinse afgevaardigden en senatoren durven geen afstand te nemen van de president, terwijl daar alle reden toe is. Donald Trump probeert al vanaf het begin van zijn aanstelling het onderzoek naar Russische inmenging in de Amerikaanse verkiezingen te frustreren. Het is nog net geen obstruction of justice, althans niet aantoonbaar. Wat is er meer voor de hand liggend dan dat de president wél zo’n onderzoek steunt? Het gaat toch om de onafhankelijkheid en de eerlijkheid van de democratie! Maar nee, meneer is bang dat zijn eigen vuile was buiten komt te hangen, en daarom zaait hij twijfel over de integriteit van de onderzoekers en ontslaat hij hen.
Laat ik niet allen over één kam scheren. Met ere noem ik de republikein John McCain, die zich frontaal tegen de president durft op te stellen. Maar mensen zoals hij zijn er te weinig. We vinden het beeld dat Grisham schetst in de huidige politieke ontwikkelingen bevestigd. De rechtsstaat wordt uitgehold door hebzucht en eerzucht. Niet dat aan de kant van de Democratische Partij belangenverstrengeling niet voorkomt. Ook aan die kant kunnen personen zich alleen opwerken tot presidentskandidaten door zware steun van geldschieters, en dus ook door wederkerige beloften. Het systeem is verrot. Hoe zal het van de ondergang worden gered? God bless America, maar wel door een grondige loutering heen.