Aanvankelijk kon ik moeilijk greep krijgen op de discussie over onverdoofd ritueel slachten. Het leek me een moeilijk oplosbaar dilemma tussen godsdienstvrijheid en dierenwelzijn, die als ongelijksoortige waarden tegen elkaar moesten worden afgewogen. Dat veranderde toen ik door kreeg dat de voorstanders van het verbod op onverdoofd slachten zich schuldig maken aan reductionisme. Vooral in de stelling ‘Onnodig dierenleed is onaanvaardbaar’ passen zij diverse reducties toe.
De eerste reductie heeft betrekking op de term ‘dierenleed’. De betekenis daarvan wordt gereduceerd tot ‘pijn’. Pijn dient waar mogelijk te worden vermeden; het toedienen daarvan moet bij wet worden verboden. Maar waarom deze reductie tot pijn? Hoeveel dierenleed wordt er niet veroorzaakt door beesten in stressvolle situaties te brengen? Denk aan de bio-industrie, aan kalveren die hun korte leven lang de buitenlucht niet zien en tussen vier schotten leven, denk aan circussen en dierentuinen, waar dieren in een onnatuurlijke omgeving moeten leven, waar moederdieren hun jongen doodbijten. En denk aan stressvolle situaties in slachthuizen waar de dieren wél vóór de slacht worden verdoofd. Is er niet veel meer gewonnen wanneer aan de reductie van deze stress wordt gewerkt?
De tweede reductie betreft het ‘onnodig’ dierenleed. De betekenis van ‘onnodig’ wordt gereduceerd tot ’technisch onnodig’. Er zijn technische middelen voorhanden om dieren pijnvrij te slachten. Daarom is het onnodig dat zij pijn lijden. Maar wat technisch onnodig is, kan godsdienstig onvermijdelijk zijn, omdat de rituelen het nu eenmaal voorschrijven. Wanneer aan ’technisch onnodig’ de voorrang wordt gegeven boven ‘religieus onvermijdelijk’, wordt de techniek hoger gewaardeerd dan de godsdienst. Waar is deze voorkeur op gebaseerd? Laat men daarvan verantwoording afleggen.
In Nederland zijn er nog tandartsen die onverdoofd kiezen uitboren. Dat is onnodig mensenleed, want het is een klein kunstje de patiënt een verdovend spuitje te geven. Wat dat betreft is het nog laakbaarder dan onverdoofd slachten. Het onnodig toebrengen van leed aan mensen is toch moreel verwerpelijker dan het onnodig toebrengen van leed aan dieren. Waarom is in de Tweede Kamer niet allang een wetsvoorstel ingediend en aangenomen waarin het onverdoofd boren van kiezen wordt verboden?
Wat zijn we toch kortzichtig bezig.