Toen ik het bericht op het NOS-journaal hoorde, dacht ik meteen: als het 1 april was, dan zou dit de één-aprilgrap zijn. Nabij het Friese terpdorp Tzum is in 1914 een leesplankje gevonden waarvan nu zou zijn gebleken dat het al bijna twee duizend jaar oud is. Onderzoekers hebben een daarop genoteerde datum ontcijferd: 23 februari in het jaar 29 na Christus. Nu is het 2009, dus de rekensom is gauw gemaakt. Bovendien bevat het de naam van een Bataafse soldaat in Romeinse dienst.
Maar het was niet 1 april. Het bericht bleek volstrekt serieus bedoeld te zijn. Dat bleek in het ND van vandaag. Daarin wordt het verhaal inclusief kleurenfoto van het plankje opgedist. Hoe is het mogelijk?, dacht ik. Laat ik mijn skepsis nader verklaren.
Onze christelijke jaartelling is pas in de 6e eeuw (na Christus uiteraard) in Rome aan het pauselijke hof geïntroduceerd en pas in de 8e eeuw algemeen ingevoerd. Dat er in het jaar 29 na Christus in Friesland reeds melding zou zijn gemaakt van het jaar 29 na Christus, is dus reeds om deze reden onmogelijk.
De tweede reden is de volstrekte onmogelijkheid dat in het jaar 29 de naam van Christus reeds bekend zou zijn in Friesland. Historisch schijnt vast te staan dat in de berekeningen van de jaren na de geboorte van Christus een aantal onzorgvuldigheden zijn binnengeslopen. Als gevolg daarvan heeft de geboorte van Christus plaatsgevonden vier tot zes jaar vóór het begin van onze christelijke jaartelling. Het jaar 29 is dan het jaar waarin Hij is gekruisigd en opgestaan, of het jaar waarin Saulus dreiging en moord blies tegen de volgelingen van Jezus. Zelfs in het gunstigste geval was het evangelie nog niet eens bekend in Turkije, laat staan in Friesland.
Wanneer ik zoveel absurditeiten moet verwerken, word ik helemaal argwanend. Een Bataafse soldaat in Romeinse dienst? Oké, dat is mogelijk. Maar dan in Friesland? Een korte oriëntatie in de vaderlandse geschiedenis leert mij, dat de Friezen in 28 na Christus hevig slag hebben geleverd met de Romeinen en hun toen een zware nederlaag hebben toegebracht, en dat zij tot 47 ten noorden van de Rijn ongestoord heer en meester zijn geweest. Tzum ligt een paar honderd kilometer ten noorden van de Romeinse rijksgrens van die dagen. Wat heeft een Bataafse soldaat in Romeinse dienst met een leesplankje dan zover in vijandelijk gebied te zoeken?
Is dit een grap? Misschien heeft iemand een truc bedacht om het kritische vermogen van de Nederlandse nieuwsmedia te testen. Zijn die in staat om ingekomen nieuwsberichten zelfstandig te toetsen, of laten ze zich intimideren door de vermeende autoriteit van de verspreiders van het nieuws, in dit geval ‘wetenschappers uit Leiden en Oxford’?
Dan bewijst de loop die dit bericht door de media heeft gehad, dat zij voor deze test zijn gezakt.
Let op, binnenkort komt het triomfantelijke bericht dat ze bij de neus zijn genomen.