Millenniumdoelen en motivatie

In 2015 moeten ze gerealiseerd zijn: de wereldwijde millenniumdoelen, zoals halvering van de armoede en de honger, alle kinderen naar school gelijke rechten voor mannen en vrouwen, kindersterfte teruggebracht tot eenderde van het percentage van 1990, het aantal vrouwen dat in het kraambed sterft teruggebracht tot een kwart, terugdringing van hiv/aids en malaria, schoon drinkwater en sanitaire voorzieningen. Een tussenevaluatie in 2008 laat zien dat niet alle doelen op schema zijn. Internationale samenwerking, ofwel IS, van september 2010, bericht ervan.

Het minst kansrijke continent is Afrika. Om die reden zijn in dit werelddeel veertien dorpen geselecteerd waar allerlei hulpinitiatieven tegelijkertijd zijn ingezet om de gemeenschappen een duw in de rug te geven, dus zowel schoon drinkwater en gezondheidszorg als goed onderwijs en ontwikkeling van de landbouw. Dit alles gebeurt in de hoop dat na deze duw in de goede richting de dorpsbewoners op eigen kracht de ontwikkeling kunnen voortzetten.

Zal deze hoop bewaarheid worden? Er zijn tekenen die het ergste doen vrezen. In een van de dorpen verlenen de verpleegkundige en de basisschooljuffen hun medewerking omdat zij bij het aannemen van deze job een aanvulling op hun salaris ontvingen. Als in 2015 het project afloopt, zijn ze ook deze bonus kwijt. Ze weten nu al dat ze dan teruggaan naar de stad. Want wat voor toekomst kun je opbouwen in de rimboe?

Wat komt er op deze manier terecht van duurzame verbeteringen op het platteland? De vrees is dat de voorzieningen weer zullen inzakken en dat de gemeenschappen er niet in slagen het niveau van de ontwikkeling vast te houden, laat staan het verder omhoog te krijgen.

Laten we niet te snel veroordelend spreken over het eigenbelang van hulpkrachten dat de overhand heeft boven het algemeen belang. Hoe maken wij onze beslissingen? Welke waarden geven voor ons de doorslag? Zijn we niet allen geneigd onze persoonlijke belangen zwaarder te laten wegen dan de belangen van andere mensen? We zijn toch calculerende burgers die ons eigen voordeel inschatten.

Dit principe van eigenbelang is in de dorpsprojecten eigenlijk ook toegepast. Als je probeert hulpkrachten te mobiliseren door extra geld te beloven, appelleer je op de berekenende mentaliteit van mensen. Het financiële gewin wordt dan als de belangrijkste motivatie erkend en daarop wordt ingespeeld.

Ik krijg steeds meer respect voor de vrouwen en de mannen die via zending en missie hun leven hebben ingezet en nog inzetten om medemensen te helpen aan een betere levensstandaard en aan een geestelijk perspectief. Zij deden en doen het niet uit eigenbelang, om er zelf beter van te worden, maar uit liefde. Deze belangeloze liefde hebben wij nodig, in het ontwikkelingswerk ver weg en in het omzien naar elkaar dichtbij. Wie deze liefde leert geven is een rijk mens.

Dit bericht is geplaatst in Logboek. Bookmark de permalink.