Mijn vorige blog eindigde ik met de opmerking dat in het synoderapport en in het revisierapport de Bijbel wellicht meer wordt gemanipuleerd dan in pleidooien voor homoseksuele relaties in liefde en trouw analoog aan het huwelijk. In deze blog wil ik het eerste deel van die opmerking nader uitwerken.
Hoezo wordt in het synode rapport en in het rapport van afwijzing van de revisieverzoeken de Bijbel gemanipuleerd? Ik heb het al eerder even aangeroerd (Revisieverzoek afgewezen (1)). Mijn bezwaar is vooral toegespitst op Romeinen 1, dat in het synoderapport een sleutelrol vervult.
In Romeinen 1:18 gaat het over het kwaad en onrecht van hen die met hun onrechtvaardigheid de waarheid geweld aandoen. Blijkens vs. 19-23 maken zij zich tegen beter weten in schuldig aan afgoderij. Het gaat dus om de heidenen. Nee, zegt het revisierapport, het gaat om de mensheid als geheel.
In Romeinen 1:23 wordt die afgoderij als volgt omschreven: de majesteit van de onvergankelijke God wordt ingewisseld voor beelden van vergankelijke mensen, vogels, lopende en kruipende dieren. Dat duidt concreet op de praktijken van heidense godsdiensten. Nee, zegt het revisierapport, het gaat niet alleen over het bedrijven van afgoderij in heidense godsdiensten, het gaat over de zondeval in het algemeen. Iedere zonde is ten diepste afgoderij. In zekere zin kun je dat zeggen, maar uit de woorden die Paulus kiest blijkt, dat dit hem niet voor ogen staat.
In Romeinen 1:26 wordt gezegd, dat vrouwen de natuurlijke omgang hebben verruild voor de tegennatuurlijke. Uit de felle woorden die Paulus gebruikt kun je afleiden, dat Paulus hier denkt aan opstand tegen de Schepper. Daarmee is ook het verband tussen de afgoderij en de homoseksuele misdragingen verklaard. Nee, zegt het revisierapport, Paulus heeft het hier niet alleen over tegennatuurlijk gedrag als manifeste opstand tegen God, maar over elk gedrag dat buiten de orde is die God in de schepping heeft gelegd. Dat is per definitie opstand tegen God.
Romeinen 1:18-32 gaat dus over heidenen die afgoderij bedrijven. Hun miskenning van de ene ware God brengt met zich mee dat zij in opstand tegen Hem leven. Een van de meest weerzinwekkende uitingen van die opstand is, dat sommigen van hen moedwillig de door God gestelde grenzen verleggen en tot homoseksuele daden overgaan. Nee, zegt de synode, Paulus heeft het hier niet alleen over de heidenen, maar over de hele mensheid die in zonde gevallen is, en ieder gedrag dat afwijkt van de orde die God in de schepping gegeven heeft, is zonde. Met deze uitleg brengt de synode een enorme veralgemenisering van de betekenis aan. Die veralgemenisering is natuurlijk niet zonder bedoeling. Door die toe te passen, kunnen alle homoseksuele gedragingen erdoor worden getroffen, ook duurzame homorelaties in wederkerige liefde die door gelovige christenen worden aangegaan. De teksten worden naar het eigen standpunt toe verklaard. Dat noem ik een vorm van manipulatie, al zeg ik daarmee niet dat het met opzet is gebeurd.
Dat de uitleg van de synode niet overtuigt, blijkt bijvoorbeeld bij Noach. Die behoorde wel tot de in zonde gevallen mensheid, denk maar aan zijn dronkenschap en de roes die hij in naaktheid uitsliep (Genesis 9). Maar hij behoorde niet tot de mensen die met hun onrechtvaardigheid de waarheid geweld aandoen. Noach wordt namelijk beschreven als een rechtschapen man. Hij was in zijn tijd de enige die een voorbeeldig leven leidde, in nauwe verbondenheid met God (Genesis 6:9), terwijl de rest van de mensheid door en door slecht was (vs. 5).
Een andere aanwijzing dat de veralgemenisering van de synode niet klopt, is Paulus zelf. Hij behoorde wel degelijk tot de in zonde gevallen mensheid. Hij beschouwde zichzelf als een van de grootste zondaren, omdat hij de gemeente van Christus had vervolgd. Toch kunnen de typeringen uit Romeinen 1 niet op hem worden toegepast. Hij distantieert zich er nadrukkelijk van.
Hetzelfde geldt voor christenhomo’s die een relatie voor het leven aangaan om elkaar daarin bij te staan en bij elkaar geborgenheid te vinden. Zij horen bij de in zonde gevallen mensheid. Hun homoseksuele oriëntatie kan worden opgevat als een gevolg daarvan. Maar zij behoren niet bij de mensen die Paulus in Romeinen 1 beschrijft: het zijn geen heidenen, maar kinderen van God, zij dienen geen afgoden en zij zoeken in hun zo-zijn een weg om God te dienen.
Geachte ds. Loonstra,
Elk blog over de afwijzing door de GS van de revisieverzoeken mail ik met een paar begeleidende regels naar bijna 20 leden van onze gemeente die in uw visie op de besluitvorming van de GS (14 februari 2017) zeer geïnteresseerd zijn. Voor met name de beleidsmakers in onze gemeente is dit waardevolle informatie gebaseerd op deskundige analyses en waardevolle beschouwingen.
Wij zijn u daarvoor zeer erkentelijk!