Schuld en schaamte

In zijn maandelijkse column in het ND van afgelopen zaterdag schrijft Wim Dekker uit Ede naar aanleiding van de nadruk op schuld en vergeving bij het avondmaal. Hij realiseerde zich dat zonde en schuld niet zijn grootste probleem vormen. Het gaat hem meer om het belijden van eigen kwetsbaarheid en het verlangen naar troost, geborgenheid en liefde. Ik kan hem daar trouwens best in volgen. Niet dat hij zich daar helemaal prettig bij voelt. Want schuldbesef is een aanwijzing dat je verbonden bent met anderen en de Ander. Je hebt hen en Hem tekortgedaan. Het ontbreken van dit besef geeft aan dat wij voor onszelf leven. Typisch (laat)modern. En dat zit je als avondmaalvierder niet lekker.

Dekker probeert de situatie te verhelderen door schuld te vergelijken met schaamte. Die vergelijking is zinvol, want die twee hebben verwantschap maar vallen niet samen. Het is dan wel belangrijk dat de inhoud van ‘schaamte’ goed getroffen wordt. Dat is hem volgens mij helaas niet helemaal gelukt. Hij zegt: schaamte is vooral jezelf tegenvallen, boos zijn op jezelf, met de neiging medelijden te gaan krijgen met jezelf. Je vindt jezelf in vergelijking met anderen zwak. Schaamte heeft dus vooral te maken met je zelfbeeld. Hij voegt daar nog een ander element aan toe: je bent bang dat anderen je niet waarderen. Schaamte is dus in de eerste plaats teleurgesteld zijn over jezelf en in de tweede plaats ook bang zijn voor een negatief oordeel van anderen.

Ik denk dat het bij schaamte vooral om het laatste gaat. Schaamte is geen teken van op en voor jezelf leven, maar van sterke verbondenheid met anderen. Het raakt je hoe anderen over je denken. Je schaamt je, wanneer je voor je gevoel afgaat tegenover anderen. Je wilt graag dat ze tegen je opkijken en je respecteren, maar er is iets gebeurd dat met dit positieve beeld in strijd is, en wat gebeurd is werd bekend. Nu val je door de mand. Je schaamt je kapot. Nu pas. Toen het nog verborgen was, kon je doen alsof er niets aan de hand was. Dat gaat nu niet meer.

Wat betekent dit voor de beoordeling van schuld en schaamte? Mijn eerste gedachte is: laten we niet al te moeilijk doen over het feit dat schuldgevoel het bij ons niet meer zo goed doet, maar schaamte wel. Als wij ons schamen tegenover God en elkaar voor hoe we het hebben laten afweten, zijn we al een heel eind.

Schaamte is heel bijbels. Toen Adam en Eva gezondigd hadden, schoven ze allebei de schuld door. Niet schuldbesef typeerde hun houding, wel schaamte over hun daad. Uit schaamte bedekten ze hun naakte lichaam en verborgen ze zich voor God. Als de verloren zoon terugkeert, zegt hij tegen zijn vader: ik heb gezondigd tegen de hemel en tegen u, ik ben niet meer waard uw zoon te heten. Hij vraagt geen vergeving. Dat past bij schuld. Hij noemt zichzelf onwaardig. Dat hoort bij schaamte. Wanneer de overspelige vrouw op heterdaad betrapt wordt en naar Jezus wordt gesleurd, en Jezus zegt: ‘ook Ik veroordeel u niet’, dan ziet Hij daar niet een schuldbewuste vrouw, want zij was bezig te zondigen. Hij ziet wel een vrouw vol schaamte. Door hoe men met haar is omgegaan is zij immers publiek vernederd. Als de zonden bedekt worden door het verzoenende bloed, dan hoor ik in dat ‘bedekken’ van de zonden iets van bescherming tegen de schaamte. In het lied van de liefde, 1 Korintiërs 13, wordt van de liefde gezegd: Alles bedekt zij. De NBV geeft de andere vertaalmogelijkheid: Alles verdraagt zij. Maar wat gaat de betekenis diep, wanneer we vanuit de vertaling ‘alles bedekt zij’ een toepassing maken op de schaamte die liefdevol wordt toegedekt. We doen er alles aan dat anderen niet in verlegenheid worden gebracht.

Zo mogen we ook aan de tafel van Christus ondervinden dat Hij onze schaamte wegneemt. Hij heeft zelf die schaamte gedragen toen Hij naakt aan het kruis te kijk hing.

Het volgende punt van aandacht is: Hebben wij genoeg aan de notie van de schaamte en kunnen wij het schuldbesef missen? Nee, maar we kunnen we van de schaamte doorgroeien naar het besef van schuld. Wat is het verschil? Schaamte heeft te maken met liefde voor jezelf, schuldbesef met liefde voor de ander/Ander. Als je je bewust bent van schuld ben je niet in de eerste plaats met jezelf bezig, maar met wat je de ander hebt aangedaan. Dat veronderstelt dat je om die ander geeft. Een gepast schuldbesef kan alleen tot ontplooiing komen als er een persoonlijke relatie groeit.

Aan die persoonlijke relatie werkt de Heer. En Hij doet dat met liefde. En die liefde is geduldig. Alles verdraagt ze. Alles bedekt ze.

Dit bericht is geplaatst in Logboek met de tags , , , . Bookmark de permalink.