Stichting Present

Onlangs kreeg ik de ‘Bewaarkrant’ van Stichting Present in handen. Het blad doet verslag van allerlei initiatieven om plaatselijk vanuit de kerken een plaatselijke stichting Present op te richten en allerlei hulpacties te organiseren in de wijk voor mensen die ergens mee zitten: een verwilderde tuin die moet worden ontgonnen en opgeknapt, de aanleg van een terras, een verhuizing, het behangen van een slaapkamer, een activiteitenmorgen in een vrouwenopvang, het uitmesten van een woning die door gebrek aan overzicht bij de bewoner volledig was verslonsd, achterstallig onderhoud, enz. Mensen die hulp nodig hebben kunnen zich melden of worden in overleg door derden aangemeld. het uitgangspunt is dat christenen één dag per jaar beschikbaar stellen om dit soort vrijwilligerswerk te doen.

En: deze beweging timmert aan de weg! Premier (nu nog) Balkenende laat zich fotograferen terwijl hij in de weer is met een snoeischaar, minister Donner zit achter een tafel in een stofjas met Present-embleem. Prinses Maxima staat op de foto terwijl ze een activiteit van Present bezoekt. Ds. Arie van der Veer noemt Present het visitekaartje van de kerk. Het concept lijkt aan te slaan. Of is het een strovuur?
Het initiatief is verwant met de al langer bestaande Stichting HiP (Hulp in Praktijk), die christenen stimuleert om hulp te geven aan mensen met problemen die ze zelf niet kunnen oplossen door gebrek aan sociaal netwerk, financiën en/of gezondheid.

Het initiatief is zonder meer sympathiek. In onze individualistische tijd wordt een voorbeeld gegeven van hoe het ook kan, een manier waarrmee iedereen beter af is. Is het ook een manier van werken waarmee onze diaconieën aan de gang zouden moeten gaan? Daar heb ik wel een vraagteken bij.

Het is voor mij volstrekt duidelijk dat de kerken geroepen zijn naar buiten te treden. We noemen dat missionair gemeentezijn. Ik ben er ook van overtuigd dat dit niet alleen met woorden moet gebeuren, maar ook met daden. Passen de activiteiten van Present daar niet prima in? Niet helemaal.

Getuigenis met de daad door gemeenteleden is wel getúigenis met de daad. Met andere woorden: ook met onze daden willen wij getuigen van onze Heer Jezus Christus. Present heeft deze intentie niet in de verwoording van haar missie opgenomen. Die luidt: ‘Present slaat een brug tussen mensen die iets hebben te bieden en mensen die daarmee geholpen kunnen worden.’ Dat lijkt me voor kerkelijke actie te mager. Maar wij willen wel de liefde van Christus zichtbaar maken. Dan moet ook duidelijk gemaakt kunnen worden dat de liefde van Christus erachter zit.

Uit alles wordt duidelijk dat de leidinggevenden beducht zijn voor grote woorden. Ze noemen Present een ‘beweging van burgers’, niet ‘van christenen’, vermoedelijk omdat dat toch weer te pretentieus klinkt, alsof christenen beter zijn. Ze willen niet, zo schrijven ze, werken met een dubbele agenda. Je moet de praktische hulp niet misbruiken, zo vertaal ik dat, om binnen te kunnen komen met de boodschap.

Die voorzichtigheid begrijp ik wel, die is het gevolg van de overgevoeligheid van de maatschappij op dit punt. Toch vraag ik me af of wij ons daar te zeer door moeten laten leiden. Onze kerntaak als kerk is toch dat wij getuigen zijn van het koninkrijk van God. Ik bedoel niet dat praktische hulp altijd gepaard moet gaan met stichtelijke woorden, en evenmin dat wij erop uit moeten zijn zieltjes te winnen. Dat laat ik liever aan de heilige Geest over.

Wel wil ik ervoor pleiten dat we als christenen aandacht zouden moeten hebben voor de hele nood van de mens. Die nood is niet materieel of maatschappijk, maar geestelijk. Als we daar oog voor hebben en ernaar handelen, dán zijn we als christenen present.

Dit bericht is geplaatst in Logboek. Bookmark de permalink.