Laatst trok ik naar Amsterdam om ‘Stilleven met Bijbel’ te bewonderen, een schilderij van Vincent van Gogh uit zijn vroege, Nuenense tijd. Een eerdere poging jaren geleden was mislukt toen het werk door het Van Goghmuseum in Amsterdam bleek te zijn uitgeleend. Ik heb iets met dit schilderij. Een afbeelding ervan heeft de omslag van mijn De geloofwaardigheid van de Bijbel uit 1994 gesierd. Ik kreeg van iemand als commentaar dat dit een foute keus was geweest, omdat Van Gogh in dit werk zijn afkeer van zijn christelijke opvoeding tot uitdrukking heeft gebracht. Is dit waar?
Een eerste kennismaking met het doek en de toelichting ter zijde lijken die mening te bevestigen. Wat in het oog springt is in het midden een grote Bijbel, als een ouderwetse Statenbijbel. Daarnaast rechts op de voorgrond ligt een beduimeld boekje van Emile Zola, getiteld ‘La joie de vivre’, ofwel: ‘Levensvreugde’. Rechts achter de Bijbel staat een uitgedoofde kaarsstomp op een kandelaar. De toelichting vermeldt dat het schilderij gemaakt is kort na de dood van vader Van Gogh, die in Nuenen Hervormd predikant was geweest. De gedoofde kaars wijst daar ook op. Van Gogh zou ermee hebben willen afrekenen met de opvattingen van zijn vader en velen van diens generatie. Op de website van het museum wordt opgemerkt dat het om de Statenbijbel van Vincents vader gaat, en dat een breuk in de rug ertoe leidde dat de Bijbel vanzelf open viel bij Jesaja 53. De nog jonge Vincent zou zijn opvoeding met de Bijbel voor de eigentijdse literatuur van Zola hebben ingeruild. Toch bevredigt die uitleg me niet helemaal.
Waarom zou de schilder zo herkenbaar ‘Jesaja’ en ’53’ hebben weergegeven? Het is ter verklaring niet voldoende dat daarmee werd aangegeven dat het om de Bijbel van zijn vader ging. Immers, Vincent schildert niet ‘Jesaja’ maar ESAIE, dat is Frans. Dat stond dus niet in de Statenvertaling van zijn vader. Hij wilde er meer mee zeggen voor een groot publiek. Buiten dit woord en het getal 53 (LIIJ in Romeinse cijfers) is geen enkel woord leesbaar. Hij beperkte zich tot de inkleuring van de kolommen. Het contrast is opvallend. Want Jesaja 53 gaat over de lijdende knecht van de Heer. Dat is iets anders dan de ‘joie de vivre’. Overigens is de inhoud van Zola’s boek minder vrolijk dan de titel doet vermoeden. Zola schilderde het leven zoals het is, vaak aan de zelfkant. De ruwe werkelijkheid is ook wat Van Gogh fascineerde. Het lijkt er meer op dat beide boeken elkaar in de perceptie van Van Gogh aanvullen, en ook dat hij daar zijn eigen levensroeping in getekend zag.
Een extra aanwijzing is, dat Vincent aanvankelijk theologie had willen studeren, maar niet aan de opleiding is toegelaten, en dat hij als evangelist onder de mijnwerkers in de Belgische mijnstreek Borinage heeft gewerkt. Later ging hij in de kunsthandel werken, maar van een heftig zich afzetten tegen zijn opvoeding is mij niets bekend. Het lijkt er meer op dat hij zijn roeping in een andere richting is gaan verstaan. Wel is uit zijn levensgang duidelijk dat hij zich van lieverlee steeds verder van zijn oorsprong heeft verwijderd. Maar iets van de notie van een geroepene die het leven wilde tonen zoals het is, en die veel lijden en miskenning heeft moeten doorstaan, komt in zijn leven hartstochtelijk tot uitdrukking.
Wat heeft deze interpretatie van het schilderij ons te zeggen, aangenomen dat die in de goede richting gaat? Ze laat zien dat een hartelijke betrokkenheid op de Bijbelse tekst ontstaat door die tekst te verbinden met je eigen levensverhaal. Misschien is dat wel de meest veelzeggende reden dat mensen de Bijbel als achterhaald beschouwen: ze zijn er zo ver van weg gegroeid dat ze hun eigen leven er niet meer mee kunnen verbinden. Dat betekent echter niet, dat wanneer je dat wel kunt en doet, je vanzelf aan de Bijbel recht doet. Want dat lijkt bij Van Gogh toch niet het geval te zijn. Het was meer zo dat hij de Bijbel uitlegde binnen zijn eigen levensverhaal, dan dat hij zichzelf verstond binnen de verhaalde geschiedenis van God met mensen. Dan kan zich weliswaar een aangrijpend en vruchtbaar leven ontwikkelen, maar God raakt uit beeld. Het is de tragiek van de westerse cultuur. Is het om die reden dat dit schilderij mij zo boeit?
Deze blog stond op 25 augustus 2014 als column in het ND