De afgelopen week hebben we in de gemeente vanuit De Hoeksteen twee begrafenissen gehad. Dat is uitzonderlijk bij een gemiddelde van één in de twee tot drie maanden. Echter, niet alleen het aantal in één week was bijzonder, ook een verschil tussen beide begrafenissen liep in het oog.
Het verschil betreft niet de leeftijden. In beide gevallen ging het om oude mensen: een man van 90 jaar en een vrouw van 98 jaar. Ook wat hun houding in het geloof betreft was er niet veel verschil: alle twee waren het positieve gelovige mensen. Wat vooral opviel was het verschil in hoeveelheid nabestaanden. Het totale aantal nabestaanden van de overleden man was, als we de kinderen, klein- en achterkleinkinderen en de aanhang bij elkaar optellen, niet minder dan 80 personen. De vrouw had alleen een gehuwde neef. Dan zeg je: wat is het in de wereld ongelijk verdeeld.
Als je dat zo hoort, ga je onwillekeurig bij jezelf na hoeveel nabestaanden er zullen zijn om, wanneer het zover is, je eigen heengaan te betreuren. Ik kan me voorstellen dat de gedachte dat er niemand of bijna niemand is, je niet prettig toeschijnt. Je zou je als gevolg daarvan kunnen afvragen: voor wie heeft mijn leven betekenis gehad?
Des te opmerkelijker is het, dat de situatie van de bijna alleenstaande vrouw in het geheel niet schrijnend was. Zij had een opgeruimd karakter. Mede daardoor was er een kring van meelevende en meehelpende vrienden en kennissen om haar heen ontstaan. Verder had zij zich op hoge leeftijd aangesloten bij de kerkelijke gemeente en dat leverde haar eveneens een aantal sympathieke contacten op. Ook bij haar heengaan is verdriet en gemis gevoeld. Ook bij haar waren er velen die haar in het hart hadden gesloten.
Ik denk dat we hier iets van kunnen leren. Het is een bijzonder voorrecht als je een groot nageslacht hebt dat eensgezind en met liefde de laatste zorg besteedt aan je afscheid uit dit leven. Maar van dat grote aantal is de zin van het leven niet afhankelijk. Als je liefde weet te geven en belangstelling voor anderen toont, krijg je liefde en sympathie terug. En als je je aansluit bij een geloofsgemeenschap, word je opgenomen in een geloofsfamilie van broers en zusters, kinderen van één Vader. Dan heb je een rijk leven, ook al sta je wat je bloedverwanten betreft bijna alleen.
Ik wens u allen toe, dat u deze rijkdom van het leven ontdekt. Voor ons als kerken betekent het de blijvende taak om die saamhorigheid te beoefenen en die warmte te delen.