Slavernijverleden en klimaataverij heden

Rond deze tijd is de afschaffing van de slavernij volop in het nieuws. 1 juli is Keti Koti, de gedenkdag waarop de beëindiging ervan wordt herdacht en gevierd. Vele nakomelingen van tot slaaf gemaakten ervaren nog steeds de negatieve gevolgen van sociale achterstelling, de slavennaam waarmee ze geboren zijn, en de herinneringen aan de mensonwaardige omstandigheden waaronder het voorgeslacht moest leven. Alom wordt geroepen om excuses door de nazaten van de overheersers, de koning voorop. Maar beseffen we wel dat excuses te gemakkelijk kunnen zijn en ongeloofwaardig als we in de tegenwoordige tijd dezelfde fouten maken als onze Nederlandse voorouders?

Ik doel op de parallellie tussen de slavernij en de huidige klimaataverij. Natuurlijk zijn er grote verschillen. Die betreffen de onterende behandeling van mensen als persoonlijk bezit, waarvan de eerste generatie gekocht is op de markt, na een gewelddadige ontvoering met onbeschrijfelijke ellende van een zeereis in het volgestouwde ruim van een schip. Zo behandelen wij mensen niet meer, ook niet de boeren, zelfs niet bij benadering, als het om stikstofregels gaat.

Dat neemt niet weg dat de overeenkomsten te denken geven. Vergis je niet in de argumenten waarom mensen op plantages en in andere bedrijven tegen de afschaffing van de slavernij waren. Die zijn in de huidige discussies maar al te herkenbaar. Door het houden van slaven werd een heel economisch systeem in stand gehouden. De afschaffing betekende dat dit systeem op de schop ging, met alle onzekerheid van dien. Het leidde en leidt tot allerlei dilemma’s.

Eerste probleem: hoe moesten de landbezitters hun bedrijf in stand houden, als ze hun schare van goedkope werknemers kwijt zouden raken? Ze zouden veelal over dezelfde mensen kunnen blijven beschikken, dat wel, maar die moesten ze dan in loondienst nemen. Dat moest wel tot enorme kosten leiden. Hoe konden ze dat betalen? Leidde dit niet tot concurrentievervalsing als andere staten de slavernij in stand hielden, of als je buurman níet op vrijwillige basis zijn slaven vrijliet?

Daar komt een emotioneel probleem bij. De eigenaren waren vaak planters in hart en nieren, die met hun familie op de boerenhofstee woonden en daar hun eer en identiteit aan ontleenden. Geen haar op hun hoofd die eraan dacht dit vrijwillig in de waagschaal te stellen.

Er is nog een probleem dat afgeleid is van het economische: een sociaal probleem. Al die mensen die vrij kwamen, waren die in staat ineens het vrije leven te leiden en zelf de verantwoordelijkheid voor hun bestaan te dragen? Lag hier niet een groot gevaar van sociale ontwrichting en misstanden? Werd dit geen voedingsbodem voor criminaliteit en ontwrichting van de rechtsorde? Was het niet beter de slaven slaaf te houden en goed voor hen te zorgen?

Ik denk dat de omslag in denken veel groter was dan tegenwoordig als het om stikstof, CO2 – uitstoot en grondwaterpeil in het verkeer, de industrie en de landbouw gaat. Daar spelen met alle verschillen dezelfde soort problemen en onzekerheden.

Het economische probleem van hogere productiekosten, niet meer rendabel zijn van het bedrijf en de beduchtheid voor concurrentievervalsing spelen ook hier.
Het emotionele probleem zien we levensgroot terug in de boerengezinnen die met het boerenbedrijf vergroeid zijn.
Het sociale probleem is van een andere orde, maar komt ook hier om de hoek kijken. Boeren gebruiken het zelf: als wij jullie monden niet meer voeden, moet het voedsel van ver gehaald worden en gaan de prijzen omhoog door de transportkosten. Bovendien is er dan minder voedsel beschikbaar voor de vele miljarden mensen die deze aardbol bevolken.

Daar staan vroeger en nu de argumenten vóór afschaffing van de slavernij en vóór het voorkomen van klimaataverij tegenover. Het gaat om het bestrijden van een inhumaan instituut en dus de erkenning van de menselijke waardigheid. Dat speelt tegenwoordig ook: wij moeten voorkomen dat de armsten vanaf nu en ons nageslacht straks slachtoffer worden van de ecologische rampen die de opwarming van de aarde teweegbrengt: overstromingen, droogten, bosbranden, ondraaglijke zomerse hitte, mislukte oogsten, orkanen. Als wij zo’n aarde aan hen nalaten door onze nalatigheid, dan is dat een misdaad tegen de menselijkheid.

Een andere overeenkomst is de ontkenning van het probleem. Afschaffing van de slavernij zou meer kwaad doen dan goed. Milieumaatregelen die geld kosten doen ook meer kwaad dan goed. We houden het zonder die maatregelen nog best een poos vol. Hogere kosten en allerlei beperkingen in de bedrijfsvoering brengen alleen maar maatschappelijke onrust. Ook hier is er het gebrek aan bereidheid en het onvermogen óm te denken en de andere kant van de werkelijkheid als uitgangspunt te nemen.

Mijn punt is het volgende. Hoe kun je op een geloofwaardige manier slavernijexcuses maken, als je in de huidige paradigmaverandering niet bereid of in staat bent het oude denkschema los te laten? Dit geldt voor de regering, voor de koning en voor iedere boer en burger. Slavernijexcuses worden dan wel een beetje goedkoop. Je bent dan zelf niet bereid of in staat datgene te doen waarover je de toenmalige slavenhouders in gebreke stelt.